• Beleid
  • 18 januari 2021

Interview Willem Lageweg: afscheid van RvT-lid met een missie

Interview Willem Lageweg: afscheid van RvT-lid met een missie

Willem Lageweg was vanaf het eerste uur betrokken bij iPH als lid van de Raad van Toezicht. Lageweg legt zijn functie als RvT-lid neer, maar niet voordat hij het gedachtegoed van Positieve Gezondheid en de rol van iPH nog eenmaal kracht heeft bijgezet. 

Wat sprak je aan in het concept van Positieve Gezondheid? 

Als ik kijk naar Positieve Gezondheid dan heeft dat 3 kenmerken: het inspireert, het is integraal en innovatief. Inspirerend omdat het appeleert aan de eigen autonomie. Integraal omdat Positieve Gezondheid op verschillende niveaus opereert; op micro-, meso en macroniveau, maar ook over het hele domein van gezondheid en zorg. De huidige wereld wordt gekenmerkt door complexiteitEen partiële benadering werkt hierin beperkend. Positieve Gezondheid verbindt over de domeinen en schotten heen. Ten derde is Positieve Gezondheid innovatief; het biedt een alternatief voor het huidige systeem dat volledig is vastgelopen in technocratische protocollen met perverse prikkels.” 

Hoe kan Positieve Gezondheid worden geborgd in beleid? 

“Ik heb een achtergrond in Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) en duurzaamheid. Daar zie ik raakvlakken met Positieve gezondheid. Ook deze tak is inspirerend, integraal en innovatief. In de vijfentwintig jaar dat ik in deze branche werk, heb ik gemerkt dat nieuwe concepten zo’n 10 tot 15 jaar nodig hebben om te landen in het systeem. Om daadwerkelijk een omslag in gang te zetten. Nieuwe concepten als Positieve Gezondheid zijn bij uitstek langetermijntrajecten: je moet een lange adem hebben waarbij overheidssteun onontbeerlijk is.” 

Waar staan Positieve Gezondheid en iPH nu? 

IPH heeft in vijf jaar gezorgd voor een sustantiële kopgroep. Er is reuring op allerlei niveaus: zo werd Positieve Gezondheid opgenomen in de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid (2020-2024)Er zijn allerlei inspirerende koplopers zoals het Jeroen Bosch Ziekenhuis,  GGD Hollands Midden en de provincie LimburgEn het concept is geadopteerd door belangrijke ambassadeurs zoals Hans Peter Jung en Jan Berndsen. Vanuit wetenschappelijk inzicht maakt een nieuw concept 4 fasen door. De fase waarin de pioniers zich laten zien, een periode waarin de grotere spelers voorzichtig aan boord stappen, de derde periode waarin het concept in afspraken en standaarden wordt gegoten en de vierde periode waarin het concept wordt geïnsitutionaliseerd, het nieuwe normaal wordtIPH zit nu in fase 2. We zijn de periode van de pioniers aan het ontgroeien. Belangrijke stakeholders zijn nu randvoorwaardelijk om Positieve Gezondheid ook echt te borgen in het gedrag van beleidsmakers, professionals en burgers. 

Welke stappen zijn volgens jou noodzakelijk om tot transitie en borging te komen? 

“Ik zie een belangrijke rol voor overheid en zorgverzekeraars. Nu ik de Raad van Toezicht van iPH ga verlaten, wil ik – vanuit de transitiekunde – graag een boodschap meegeven aan de overheid daarmee ook aan zorgverzekeraars, passend bij fase 2 waarin Positieve Gezondheid zich nu bevindt: 

  1. Zorg voor een heldere langetermijnvisie op gezondheid en zorg.  
  1. Daag marktpartijen uit: zorg dat zorgverzekeraars en zorginstellingen in alle geledingen aan de slag gaan met Positieve Gezondheid. De overheid kan partijen uitdagen om te starten, door financiering beschikbaar te stellen of bijvoorbeeld contracten af te sluiten.  
  1. Practice what you preach: pas Positieve Gezondheid zelf toe als werkgever. Wanneer je dit gedachtegoed onderschrijft en hier waarde aan hecht, moet je dit denken ook in je eigen organisatie terugzien.  
  1. Bied leiders en koplopers van Positieve Gezondheid een podium en sta hen toe invloed op beleid te hebben.  
  1. Ondersteun: Platforms zijn essentieel om kennis, inspiratie en wetenschap vooruit te helpen om de concepten te verrijken, te verbreden en structurele samenwerkingen op te zetten. Financiële support is hard nodig om de transitie te versnellen.” 

Hoe lang blijft de rol van de overheid en zorgverzekeraars in deze transitieperiode nog cruciaal, volgens jou?  

“Nog geruime tijd. Het is van groot belang dat de overheid, zowel nationaal als in de regio, de nieuwe concepten blijft ondersteunen. En om hier grotere budgetten op in te zetten. Neem de 90 miljard aan jaarlijkse zorgkosten als referentie ten opzichte van wat er wordt geïnvesteerd in concepten als Positieve Gezondheid die juist gezondheid bevorderen en dus de zorgkosten verlagen. Dat staat niet in verhouding.” 

Wat zou jouw oproep zijn aan de overheid? 

Durf groot te denken. Investeer met langetermijnresultaten in het achterhoofd. En daarnaast: durf streng te zijn. Onze huidige zorgsector is een reparatiefabriek. Er moet fors meer worden geïnvesteerd in concepten die preventie voorstaan en het publieke belang dienen. Wees dus niet bang om organisaties verplichtingen op te leggen. Bijvoorbeeld veel hardere bepalingen voor levensmiddelenindustrie en supermarkten op het gebied van productsamenstelling, assortiment en marketing van voedsel. En mijn belangrijkste oproep: zet door. Vanuit het besef dat dit soort concepten zeker 10 tot 15 jaar nodig hebben om echt te internaliseren.” 

Heb je nog woorden tot slot? 

“Ik heb grote waardering voor organisaties die zich sterk maken voor het publieke belang. Voor het team van iPH dat zo hard werkt aan hun missie om van Nederland de grootste blue zone ter wereld te maken. En ik heb in het bijzonder grote bewondering voor Machteld Huber, die in het huidige tijdperk een nieuw concept uit de grond heeft weten te krijgen. Ik trek graag de vergelijking met de strijd tussen David en Goliath. IPH heeft als David het grote zorgsysteem (Goliath) inmiddels flink geraakt. Maar er is meer nodig om Goliath helemaal op de knieën te krijgen. Ik heb daar de afgelopen vijf jaar een klein beetje aan bij kunnen dragen. En uiteraard blijf ik de ontwikkelingen op de voet volgen.” 

Willem Lageweg legt zijn functie als lid Raad van Toezicht neer, om zich meer op zijn andere werkzaamheden als medeoprichter en directeur kwartiermaker Transitiecoalitie Voedsel te kunnen richten.