1. Meer dan de helft van alle gemeenten noemt Positieve Gezondheid in hun gezondheidsnota.
  2. Gemeenten zien in Positieve Gezondheid een kans om tot geïntegreerd beleid te komen – op álle facetten van het leven. Voorheen ontwikkelden gemeenten veelal beleid voor allerlei deelgebieden, zoals jeugd en armoedebestrijding. Nu kunnen ze met Positieve Gezondheid meer verbinding leggen en achterliggende factoren voor problemen aanpakken. Dat werkt versterkend. Het sluit ook naadloos aan bij de nieuwe landelijke nota Gezondheidsbeleid voor 2020 tot 2024.
  3. Gemeenten schreven voorheen hun nota’s vaak zelf, met hulp van onderzoeken en statistieken. Positieve Gezondheid zet hen in een andere rol. Het ‘dwingt’ ze om burgers en organisaties gericht mee te laten denken over wat de gemeente kan doen. Waar zien jullie kansen om de gezondheid en het geluk van burgers te verbeteren? Wat missen jullie? Waar lopen jullie tegenaan? Er is meer oog voor hún oplossingen en hoe de gemeente juist die kan helpen realiseren.
  4. Door inwoners rond de zes assen uit te vragen, komen er veelvuldig punten naar voren die anders niet in de beleidsnota waren gekomen. Zo bleek in een van de gemeenten dat inwoners elkaar niet goed om hulp durven te vragen. De gemeente ging met hen op zoek naar hoe zij die drempel kan verlagen.
  5. Het spinnenweb dwingt gemeenten ook om concreter te zijn. Sommige gemeenten hebben zelfs een schrijfcoach ingevlogen om verhullende beleidstaal te voorkomen. Door prikkelend en helder op te schrijven wat je visie, doelen en acties zijn, weet je gelijk waar het nog wat vaag is.