Wetenschappelijk ontwikkelde meetset Positieve Gezondheid evalueert de werking van interventies met het gespreksinstrument
Wetenschappelijk ontwikkelde meetset Positieve Gezondheid evalueert de werking van interventies met het gespreksinstrument
Met het gespreksinstrument van Positieve Gezondheid houd je jezelf of een patiënt/cliënt een spiegel voor. Ondanks dat het niet de bedoeling is dat onderzoekers de deuken en pieken in een ingevuld spinnenweb als uitkomstmaat gebruiken, gebeurt dat onbedoeld wel. Want wat levert het werken met Positieve Gezondheid nu concreet op? Kun je dat inzichtelijk maken? Dat zijn de vragen die ten grondslag lagen aan het wetenschappelijk onderzoek van het LUMC, Salut en iPH naar de werking van Positieve Gezondheid. Het resultaat: een gevalideerd meetinstrument voor het evalueren en leren van Positieve Gezondheid. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift BMJ Open. Onderzoekers Brian Doornenbal, Salut, Elske van den Akker – Van Marle, LUMC en Marja van Vliet, iPH, lichten het onderzoek en resultaten toe.
Leren van interventies
Volgens Marja van Vliet, onderzoeker en aangesloten bij het iPH, was de behoefte aan een meetinstrument groot. “Men wil graag weten wat de impact is van het werken met Positieve Gezondheid. Regio’s en organisaties die werken met Positieve Gezondheid willen het effect ervan evalueren. Niet alleen om zich bijvoorbeeld financieel te verantwoorden, maar vooral ook om van hun interventies te leren.”
Overlap
Met hulp van Brian Doornenbal en Elske van den Akker startte Marja van Vliet het onderzoek. Brian werkt bij Salut, een non-profit healthtech organisatie die een app ontwikkelt voor het meten en verbeteren van gezondheid. Hij is thuis in de psychometrie; het meten van zaken die in iemands hoofd zitten. Brian was verantwoordelijk voor een kwantitatieve toets van de vragenlijst van Positieve Gezondheid om patronen in antwoorden te ontwaren. Zo werd onder andere onderzocht of men vond dat de inhoud van de vragen in de vragenlijst past bij het beeld dat mensen hebben van ‘gezondheid’. Brian: “Om vragen in de vragenlijst van Positieve Gezondheid te gebruiken in de meetset, moet er op eenduidige wijze geantwoord worden op vragen. Ook bekeken we of de vraag specifiek bij de dimensie past.”
“Om een goed meetinstrument te ontwikkelen, mag er geen overlap in de vragen zitten”, vult Elkse van den Akker-van Marle, Gezondheidseconoom bij het Leids Universitair Medisch Centrum, aan. “Daarom deden we een statistische analyse met ingevulde vragenlijsten. Daarin heeft GGD Twente ons ontzettend geholpen. 700 mensen, een representatieve groep voor de Nederlandse populatie, vulden de 42 vragen uit de vragenlijst van Positieve Gezondheid in. Deze dataset werd aangereikt door GGD Twente.”
Uitkomst
Uit het onderzoek blijkt dat 17 van de 42 vragen in het gespreksinstrument bruikbaar zijn als meetinstrument of uitkomstmaat. Marja van Vliet: “Wat we nu weten is dat het gespreksinstrument van Positieve Gezondheid betrouwbaar is en goed bruikbaar als gespreksinstrument, maar niet valide om mee te meten. Tegelijkertijd wil je het gespreksinstrument niet inkorten, want dan mis je belangrijke facetten in het andere gesprek. Daarom kiezen we ervoor om de 42 vragen aan te houden voor het andere gesprek. Parallel hieraan kun je dan de 17 items gebruiken als uitkomstmaat.”
Elske: “Het is belangrijk om onderscheid te maken. Het gespreksinstrument is iets anders dan het meetinstrument. Het gespreksinstrument helpt om de belangrijke facetten van het leven, die mogelijk van invloed zijn op de gezondheid, te belichten. Het meetinstrument wordt bijvoorbeeld ingezet om een kosten-effectiviteits-analyse te maken voor een zorgverzekeraar die een project rondom Positieve Gezondheid financiert.”
Marja stelt dat diverse blikken naast elkaar kunnen bestaan: “In de wetenschap is vaak discussie. Een insteek als Positieve Gezondheid wordt vaak als dermate breed gezien waardoor het niet vereenvoudigd kan worden tot een enkele meetset. In dit onderzoek laten we zien dat beide verenigbaar zijn. Het gespreksinstrument doet recht aan de leefwereld, en parallel daaraan kunnen we er nu ook een objectieve maat aan hangen. Een holistische blik sluit een blauwe blik dus niet uit. Beide zijn nodig om te leren, beide zijn nodig om integraal en vanuit de persoon te kunnen werken. Zo versterken de instrumenten elkaar.”
Aanvullend onderzoek nodig
Het meetinstrument is al kleinschalig bruikbaar, maar er zijn nog aanvullende onderzoeken en validiteitstesten nodig. Marja: “Je wilt natuurlijk ook dat het instrument over de loop van tijd goed werkt.” Elske: “Het ontwikkelen van een meetinstrument is een lang proces. Bestaande meetinstrumenten worden continu doorontwikkeld. Je wil geen groepen uitsluiten of bevoordelen.. Bovendien is gezondheid vaak een kwestie van perceptie: wat voor de één belangrijk is, is voor een ander niet belangrijk. Positieve Gezondheid brengt hier een kader in. Maar meer onderzoek is zeker nodig. Het kan zijn dat de door ons ontwikkelde meetset voor verschillende doelgroepen en doeleinden te lang of juist te kort is.” Brian: “Fase 2 van het onderzoek is al gestart. Hierin kijken we ook naar de relatie van de meetset met concepten als veerkracht en we vergelijken Positieve Gezondheid met andere standaarden voor gezondheid. Ook willen we de meetset in de praktijk gaan testen. Dit leert ons hoe de meetset in de praktijk goed is in te zetten en in hoeverre deze in staat is om verandering over de tijd te meten.” Elske: “Het ontwikkelen van een compleet en duurzaam meetinstrument voor Positieve Gezondheid heeft heel wat voeten in de aarde, maar een eerste stap is gezet.”
Meer info
Meer weten over het meetinstrument? Bekijk de methode in de Evaluatiewijzer. Werk je aan een implementatieproject rondom Positieve Gezondheid en zie je kansen om de meetset te piloten in dit project? Dan komen we graag met je in contact. Stuur een email naar m.vanvliet@iph.nl
Let op: het onderzoek naar een Meetinstrument Positieve Gezondheid is de aanzet geweest voor het project GezondMeten, een meetinstrument om de brede gezondheid te meten. Bij dit onderzoek en de ontwikkeling van dit meetinstrument is iPH ook betrokken, tezamen met het LUMC, Rijksuniversiteit Groningen, Salut en de Fred Foundation.